Legkippen toonden Marco Michorius het rendement van fokken op voerefficiëntie

voerefficiëntie

Als legpluimveehouder weet Marco Michorius maar al te goed hoe groot het effect kan zijn van kleine verschillen in voerefficiëntie. ‘Een gram minder voer per ei is al snel een bulkwagen minder voer op een ronde hennen’, stelt hij. ‘Reken maar uit wat dat betekent voor het financieel rendement van ons bedrijf.’

Michorius (48) beheert in Bentelo samen met zijn vrouw Karin en met hulp van zijn vader Tonnie, 15-jarige zoon Tom en twee vaste medewerkers een gemengd veehouderijbedrijf. Met 70.000 leghennen is de pluimveehouderij in omzet de belangrijkste tak. Maar daarnaast heeft het bedrijf een volwaardige melkveetak met 140 melk- en kalfkoeien en 100 stuks jongvee. Hiervoor heeft de familie Michorius in totaal circa 45 hectare grond in gebruik.

Marco Michorius: ‘Ik zie de ene koe veel meer vreten dan de andere, terwijl ik dat niet terugzie in de melkproductie.’

Zich bewust van de voerkosten

Het rollend jaargemiddelde van de koeien is ongeveer 9.200 kg melk met 4,70% vet en 3,65% eiwit. ‘We produceren dus bijna 30.000 kg melk per hectare. Dit betekent dat we naast krachtvoer ook een deel van het ruwvoer moeten aankopen’, vertelt de veehouder. De intensieve bedrijfsopzet maakt de ondernemer extra bewust van het belang van het bewaken van de voerkosten.

‘In de pluimveehouderij wordt al heel lang gefokt op verbetering van de voerefficiëntie en hiermee is ook veel vooruitgang geboekt’, stelt Michorius vast. Het onderzoek van CRV naar verschillen in voerefficiëntie tussen koeien volgde de veehouder dan ook met interesse. ‘Ik heb de indruk dat er ook binnen onze eigen veestapel tussen koeien grote verschillen zijn in voerefficiëntie. Ik zie de ene koe veel meer vreten dan de andere, terwijl ik dat niet terugzie in de melkproductie’, legt hij uit.

‘Nu de resultaten van het onderzoek van CRV beschikbaar komen, maak ik daar graag gebruik van. Sinds er fokwaarden voor voerefficiëntie worden gepubliceerd, hebben we geen stieren meer gebruikt die voor dit kenmerk onder de 100 scoren’, vertelt de veehouder. ‘Maar voerefficiëntie is natuurlijk niet het enige waar we op fokken. De stieren die we inzetten moeten duidelijk positieve gehalten vererven met daarnaast ook voldoende melk. Bovendien selecteren we sterk op beenwerk en uiers. En stieren moeten beslist goed scoren op levensduur, want als koeien langer blijven lopen, hoeven we minder jongvee op te fokken en kunnen we besparen op de aankoop van voer’, legt hij uit.

FeedExcel maakt stierkeuze eenvoudig

Met de introductie van de FeedExcel-fokkerijstrategie is de stierkeuze voor de Twentse veehouder een stuk gemakkelijker geworden. Geselecteerde FeedExcel-stieren combineren hoge fokwaarden voor voerefficiëntie en productie met goede fokwaarden voor gezondheidskenmerken en levensduur.

Daarom laten we ons graag adviseren door Johan Stemerdink onze fokkerijspecialist van CRV en gebruiken we voor het maken van paringen en selecties het StierAdviesProgramma (SAP)’, legt hij uit. In het vat van de doe-het-zelvers zit op dit moment sperma van de zwartbonte FeedExcel-stieren Dolmen, Gateway rf, Encourage en van de roodbonte Firestone.

Het StierAdviesProgramma selecteert voor de familie Michorius ook de dieren die in aanmerking komen voor inseminatie met een vleesstier. In het fokdoel van de pluim- en melkveehouders wordt voerefficiëntie nu voor 10 procent ingewogen. Hierdoor selecteren ze dus ook binnen hun eigen veestapel automatisch op dit kenmerk. Zo snijdt het mes voor de genetische vooruitgang op voerefficiëntie aan twee kanten. Bij hun legkippen hebben ze kunnen zien wat ze hiermee kunnen bereiken.