‘De melk van jerseys is echt anders van kwaliteit dan die van holsteins’, geeft Geert als belangrijke verklaring voor zijn interesse in het ras. ‘Zo is het vet- en eiwitgehalte hoger, wat veel meer smaak geeft aan het ijs’, legt hij uit. Daarbij produceert een groot deel van de jerseys A2A2-melk. Ook dat is echt een pluspunt in de verkoop. Klanten vragen ernaar’, is zijn ervaring.
‘Het is een plezier om met jerseys te werken’
Hij volgde het ras al een tijdje met belangstelling, maar van inkruisen was het nooit gekomen. Afgelopen jaar heeft Geert Poppe de knoop dan toch doorgehakt: hij gaat zijn holsteinkoeien vervangen door jerseys. De veehouder melkt in het Vlaamse Eeklo een vijftigtal koeien op 20 hectare land. Jongvee fokte hij tot voor kort niet op, vaarzen voor vervanging kocht hij aan. Een deel van de melk van zijn koeien verwerkt de ondernemer tot ijs en ijstaarten die hij levert aan de horeca, maar ook zelf verkoopt hij in een winkel op de boerderij met in de zomer een terras.
Niet kruisen, maar direct vervangen
De veehouder heeft besloten om een koppeltje drachtige jerseypinken aan te kopen in Denemarken. ‘Met deze dieren als basis kan ik binnen enkele jaren een volledig zuivere jerseyveestapel melken. Als ik mijn holsteins zou kruisen met jersey zou dat veel langer duren’, legt hij uit. ‘Ik ben nu 53 jaar en ik wil nog wel even plezier hebben van deze omschakeling’, verklaart Geert met een lach. ‘Bovendien: vaarzen moest ik toch kopen. Voor een paar honderd euro meer per stuk heb ik nu zuivere jerseys op stal.’
Negen jerseyvaarzen heeft de veehouder nu aan de melk. Doordat de blauwtong ook zijn bedrijf hard trof, hebben ze volgens hem nog niet kunnen laten zien wat ze in productie waard zijn. Maar hij heeft er alle vertrouwen in dat het goed gaat komen. ‘De jerseys hebben een ander karakter dan de holsteins’, ervaart Geert. ‘Ze zijn nieuwsgierig en nergens bang voor en laten zich in de kudde niet aan de kant zetten door de veel grotere zwartbonten. En met inmelken zijn ze erg mak. Het is een plezier om met jerseys te werken’, vertelt hij enthousiast.
Ruwvoerwerkers uit Nieuw-Zeeland
In het groeiseizoen laat Geert zijn koeien zo veel als mogelijk dag en nacht weiden. Hij verwacht dat de jerseys ook dit goed zullen oppakken. Nu al ziet hij dat de vaarzen graskuil verkiezen boven mais en dat ze minder moeite hebben met de mindere kwaliteit van de verlate eerste snede van het afgelopen voorjaar.
De aangekochte vaarzen bleken geïnsemineerd met gesekst sperma. ‘Een mooie meevaller’, zegt de veehouder. Zo heeft hij nu al zeven bruine vaarskalfjes op stal. De vaarzen die nu aan de melk zijn, gaat Geert ook weer insemineren met SiryX-sperma van jerseystieren. Alle holsteinkoeien krijgen een Belgisch-witblauwstier als partner.
Fokkerijzaken bespreekt Geert met foktechnisch accountmanager Corné van der Ven van CRV. Die adviseerde hem om vooral jerseystieren uit het fokprogramma van CRV in Nieuw-Zeeland in te zetten. Deze zijn geselecteerd om onder extensieve omstandigheden veel ruwvoer te verwerken. Zo is de meest geadviseerde stier de dochtergeteste Gibson. Daarnaast heeft Poppe SiryX-sperma in het vat van de Amerikaanse jerseystieren Brandybuck en Maxim.
Commercieel voordeel voor ijsmakerij
Als de drukte van de decembermaand achter de rug is, wil de veehouder de melk van de jerseys apart gaan opvangen voor de ijsbereiding. Hij verwacht dat de jerseys ook deze tak van zijn bedrijf commercieel voordeel gaan opleveren. ‘Als in het voorjaar het terras weer opengaat, wil ik daar een weitje maken voor een paar jerseykalveren’, vertelt de ondernemer. ‘Ik weet zeker dat de gasten dan genieten van hun mooie kopjes en nieuwsgierige karakter.’