‘Met laatstekansembryo’s redden we koeien’

Het verhaal van Haredale Resie 5 van de familie Lemmens uit Schimmert is een succesverhaal dat uiteindelijk toch niet zo goed afliep. ‘Deze koe had al acht keer gekalfd en 90.000 kilo melk geproduceerd en met nog één keer kalven zou ze honderdtonner kunnen worden. Helaas werd ze met insemineren niet meer drachtig’, vertelt melkveehouder André Lemmens. ‘Na de implantatie van een laatstekansembryo lukte dat wel. Ze kalfde probleemloos af en startte voorspoedig op. Maar na enkele weken kreeg ze hartproblemen en moesten we haar helaas alsnog laten inslapen.’
Een embryo laten implanteren was voor Lemmens niet nieuw. ‘Na een tip van onze inseminator zijn we hier jaren geleden al mee begonnen’, vertelt de veehouder, die samen met zijn zoon Bert en vrouw Marjo een gemengd bedrijf met 100 melkkoeien en 60 stuks jongvee exploiteert.

Sinds twee jaar worden de koeien op het bedrijf automatisch gemolken. ‘Daardoor is de productie gestegen naar 10.600 kilo melk met rond de 4,5 procent vet en 3,6 procent eiwit. Ook zijn de koeien persistenter geworden’, constateert hij. ‘Het is nu minder bezwaarlijk als dieren een wat langere lactatie maken en we zijn dan ook vaker gebruik gaan maken van laatstekansembryo’s. Als goede koeien na vier of vijf keer insemineren niet drachtig zijn, laten we er een embryo inzetten. Dat is vaak succesvol. Zo redden we ieder jaar wel een stuk of drie, vier koeien’, verklaart hij.

Het laatst geboren embryokalf had een Belgisch-witblauwstier als vader. ‘Daar zie ik wel wat in’, geeft de veehouder aan. ‘Dit kruislingkalf bracht 445 euro op en daarmee is het embryo dik terugverdiend. En ik kan me voorstellen dat embryo’s uit een kruising gemiddeld sterker zijn en daardoor beter blijven zitten’, oppert hij. Als koeien een embryo nodig hebben om drachtig te worden, is dat geen voorbode voor vruchtbaarheidsproblemen in de volgende lactatie, spreekt Lemmens kritische vragen tegen. ‘Daar is geen peil op te trekken. Het komt regelmatig voor dat probleemkoeien in de volgende lactatie direct van de eerste inseminatie drachtig worden.’