Levensproductie van Vlaamse melkkoeien blijft stijgen

Dit komt naar voren uit de jaarstatistieken van de melkproductieregistratie (mpr) van Coöperatie CRV, die vandaag zijn gepubliceerd.

Nooit eerder realiseerden de melkkoeien in Vlaanderen een hogere levensproductie dan in het afgelopen boekjaar, dat liep van september 2022 tot september 2023. De koeien die werden afgevoerd van de Vlaamse melkveebedrijven, produceerden in hun leven gemiddeld 30.910 kg melk met 4,22% vet en 3,48% eiwit (2.379 kg vet en eiwit). Dit is 744 kg melk en 58 kg vet en eiwit meer dan in het vorige boekjaar.

De stijgende levensproductie is ook zichtbaar in het toenemend aantal koeien met een levensproductie van meer dan 100.000 kg melk. Afgelopen jaar passeerden 173 Vlaamse koeien deze grens, in het vorige boekjaar waren dat er 140. Zes Vlaamse koeien realiseerden afgelopen boekjaar een levensproductie van meer dan 10.000 kg vet en eiwit. In het vorige boekjaar waren dat er vier.

De hogere levensproductie is onder andere te danken aan een negen dagen langere levensduur. De productieve levensduur – het aantal dagen tussen eerste kalfdatum en laatste monstername – steeg met 13 dagen, onder andere door een vier dagen kortere opfokperiode. Daarnaast produceerden de afgevoerde Vlaamse koeien ook meer melk. Dit jaar gemiddeld 30,9 kg per melkdag, vorig jaar 30,5 kg. De gemiddelde tussenkalftijd van de koeien daalde met een dag tot 402 dagen. Een gemiddeld Vlaams mpr-bedrijf had in het afgelopen boekjaar 109 melkkoeien, vier meer dan in het vorige boekjaar.

De gemiddelde melkproductie per lactatie is in het afgelopen boekjaar ook gestegen. Het rollend jaargemiddelde op de 1.588 Vlaamse mpr-bedrijven die in aanmerking komen voor rangschikking (40 minder dan vorig boekjaar) kwam uit op 9.606 kg melk met 4,27% vet en 3,51% eiwit, goed voor 747 kg vet en eiwit en een economisch jaarresultaat van 2.149. De melkproductie was 162 kg hoger, het vetgehalte steeg van 4,22% naar 4,27% en het eiwitgehalte van 3,47% naar 3,51%. De winst in kg vet en eiwit bedraagt hierdoor 21 kg.

De lijst van bedrijven met de hoogste levensproductie van de aanwezige koeien wordt dit jaar opnieuw aangevoerd door Peter Claessens uit Wiekevorst. Zijn 75 koeien produceerden in het afgelopen boekjaar gemiddeld 40.631 kg melk met 4,36% vet en 3,57% eiwit en 3.223 kg vet en eiwit. Op nummer twee in deze lijst staat Joris Becelaere uit Veurne, wiens 62 koeien gemiddeld 38.256 kg melk met 4,23% vet en 3,50% eiwit en 2.960 kg vet en eiwit produceerden. Thierry van Leeuwe uit Adegem, de nummer drie, molk 62 koeien met een gemiddelde levensproductie van 37.027 kg melk met 4,12% vet en 3,44% eiwit en 2.799 kg vet en eiwit.

In de lijst van bedrijven met de hoogste levensproductie van de afgevoerde koeien is Patrick Claeys uit Zomergem koploper. Hij voerde afgelopen jaar 17 koeien af met een gemiddelde leeftijd van zes jaar en drie maanden en een gemiddelde levensproductie van 56.028 kg melk met 4,38% vet en 3,56% eiwit, resulterend in 4.451 kg vet en eiwit.

Claeys blijft daarmee de nummer twee, Christophe De Maersschalck uit Lokeren, royaal voor. Hij kwam met 11 afgevoerde koeien op 4.180 kg vet en eiwit. Op de derde plaats staat Bart Van de Vloet uit Zoersel met 14 afgevoerde koeien met een gemiddelde levensproductie van 4.043 kg vet en eiwit.

Coöperatie CRV maakt geen cijfers openbaar van individuele koeien en bedrijven, met uitzondering van de tien hoogste bedrijven voor levensproductie. Veehouders krijgen hun eigen cijfers op papier en kunnen daarop ook zien hoe hun bedrijf op rollend jaargemiddelde scoort ten opzichte van collega’s. Daarnaast kunnen veehouders hun eigen cijfers inzien via hun ‘Mijn CRV’-account op een afgeschermd deel van de website van Coöperatie CRV.