Haribo bracht Conny van den Top robuuste fleckviehkruislingen

‘We proberen in onze bedrijfsvoering steeds meer natuur-inclusief te werken’, vertelt de veehoudster In Lunteren heeft ze samen met haar man een gemengd bedrijf met 60 melkkoeien en 5000 biologische leghennen. ‘We willen koeien fokken die lang meegaan, gezond blijven, persistent produceren en tegen een stootje kunnen. Onze koeien hoeven niet groter te worden en niet de allerhoogste melkproductie te halen. Maar we willen wel graag de gehaltes verbeteren’, vertelt ze.

Om meer robuustheid in hun koeien te fokken gingen de veehouders op zoek naar rassen om mee te kruisen. Daarbij lieten ze zich adviseren door foktechnisch accountmanager Corné van der Ven van CRV. ‘Samen hebben we gekeken welke kruising het best past bij ons fokdoel’, vertelt Conny. ‘We zijn uitgekomen op een driewegkruising van fleckvieh, jersey en holstein. En daarnaast zijn we gaan werken met het aAa-paringssyteem om balans in de koeien te fokken.’

Haribo was de eerste fleckviehstier die werd ingezet op de rode holsteinveestapel. ‘Met goede fokwaarden voor onder andere laatrijpheid, persistentie, geboortegemak, gehaltes en uier en benen had hij wat wij zochten en met een aAa-code 546 paste hij goed op veel van onze koeien’, legt ze uit.

In Lunteren lopen inmiddels vijftien dochters van Haribo. Vijf zijn er al aan de melk. Met een gemiddelde lactatiewaarde van 105 produceren ze ruim boven het bedrijfsgemiddelde en ook boven verwachting. ‘De dieren met de laagste lactatiewaarden zijn bovendien nog maar kort aan de melk en onze ervaring is dat de fleckviehkruislingen zich verbeteren naarmate ze verder in lactatie komen’, vult Conny aan. Ze omschrijft de Haribodochters als stevige, vierkante koeien. ‘De uiers zijn goed en probleemloos te melken door de robot. De kruislingvaarzen hebben bovendien allemaal een superlaag celgetal’, constateert ze.

Haar favoriet is de vaars Marry. Zij scoort een lactatiewaarde van 102, een celgetal van 19 en een verwachte tussenkalftijd van 369 dagen.