Echt getwijfeld of hij op de goede weg was, heeft van der Wal overigens nooit. Sinds hij besloot om zijn holsteins te gaan kruisen, heeft hij hier vol op ingezet. ‘Ik wilde kruisen een eerlijke kans geven en niet zomaar wat proberen’, verklaart hij. Inmiddels is in zijn veestapel van 90 melkkoeien geen zuivere holstein meer te bekennen.
Bij Jan Willem van der Wal doen dochters van Der Beste het best
Toen Jan Willem van der Wal uit Creil (in de Noordoostpolder) jaren geleden de eerste fleckviehkruislingen aan de melk kreeg, moest hij daar best even aan wennen. ‘Ik ben een fokkerijliefhebber en zie graag best ontwikkelde, melktypische koeien met balans en perfecte uiers’, vertelt de veehouder. ‘De fleckviehkruislingen voldeden in eerste instantie niet helemaal aan dit ideaalbeeld. Ze leken uiterlijk wat minder productief. Maar met hun prestaties bewezen ze dat ze de potentie hebben om veel melk te geven’, herinnert hij zich.
Quote Veehouder Jan Willem van der Wal uit Creil (NOP): ‘Ik blijf zo profiteren van heterosis en van de goede eigenschappen van deze drie rassen’
Profiteren van drie rassen
van der Wal past nu consequent een driewegkruising toe met de rassen holstein, fleckvieh en brown swiss. ‘Zo blijf ik steeds profiteren van heterosis en van de goede eigenschappen van deze drie rassen: de melk van het holsteinras, de kracht van het fleckviehras en het beenwerk van het brownswissras’, legt hij uit.
Een dochter van de fleckviehstier Wille haalde al een levensproductie van meer dan 100.000 kg melk, net als een dochter van de brownswiss-stier Preferenz. En een dochter van brownswiss-stier Highway is hard op weg om ook de 100.000 kg vol te maken.
Der Beste vaarzen met gemiddeld 36 kg melk
Een stier die bij van der Wal ruim kansen heeft gekregen, is Der Beste. In Creil zijn inmiddels zes vaarzen van deze topstier uit Oostenrijk aan de melk en ze produceren gemiddeld 36 kg melk per dag. ‘Ze doen het gewoon heel best’, constateert de veehouder. Hij omschrijft de dochters als niet te grote vaarzen met voldoende breedte. De uiers zijn opvallend goed en ook het beenwerk is prima, oordeelt de veehouder. ‘Wat me ook erg aanspreekt, is hun assertieve karakter’, vult hij nog aan. ‘Daardoor lopen ze heel goed op de robots.’